188 zoekresultaten

Sorteren op: Datum / Relevantie

Hoger onderwijs

Wat behelst het onderzoek Doel De statistiek over hoger onderwijs (ho) geeft informatie over ingeschrevenen en gediplomeerden in het ho. Gediplomeerden kunnen onderscheiden worden naar geslacht en migratieachtergrond, ingeschrevenen kunnen daarnaast onderscheiden worden naar vooropleiding, internationale student (wel/niet) en verblijfsjaar (eerstejaars- en ouderejaarsstudent). Kenmerken van de inschrijving waar informatie over geboden wordt zijn onderwijssoort (hoger beroepsonderwijs (hbo) en wetenschappelijk onderwijs (wo)), studierichting, opleidingsvorm en opleidingsfase. Ook diploma’s kunnen onderscheiden worden naar onderwijssoort, studierichting en opleidingsvorm en daarnaast naar soort diploma. Doelpopulatie Alle ingeschrevenen en gediplomeerden in het door de overheid bekostigde hoger onderwijs. Vanaf studiejaar 2012/’13 bevat de doelpopulatie gediplomeerden ook de theologische universiteiten, de Universiteit voor Humanistiek en de Transnationale Universiteit Limburg. Aan de populatie ingeschrevenen zijn de theologische universiteiten en de Universiteit voor Humanistiek in studiejaar 2015/’16 toegevoegd en is de Transnationale Universiteit Limburg vanaf studiejaar 2016/'17 meegenomen. Statistische eenheid Personen. Aanvang onderzoek Over ingeschrevenen is op StatLine informatie beschikbaar vanaf studiejaar 2000/’01 en over gediplomeerden is informatie beschikbaar vanaf 2002/’03. Frequentie Jaarlijks. Publicatiestrategie In het eerste kwartaal van het kalenderjaar worden voorlopige cijfers van het nieuwe studiejaar toegevoegd aan de bestaande StatLine-tabellen. In het tweede kwartaal van het kalenderjaar worden de voorlopige cijfers van het voorgaande studiejaar vervangen door definitieve cijfers. Hoe wordt het uitgevoerd Soort onderzoek Beschrijvend onderzoek op basis van registerinformatie. Waarnemingsmethode Gegevens over inschrijvingen in het ho en over ho-diploma's zijn afkomstig uit het ééncijferbestand hoger onderwijs dat het CBS ontvangt van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Dit bestand wordt gebruikt om te bepalen welke personen op 1 oktober van een gegeven studiejaar een inschrijving in het ho hebben. Ook biedt dit bestand informatie over behaalde ho-diploma’s. Berichtgevers Verplichte elektronische gegevensverstrekkingen door onderwijsinstellingen die zijn bekostigd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en – t/m 2018 - het Ministerie van Economische Zaken (EZ) vormen de basis van het ééncijferbestand hoger onderwijs dat CBS jaarlijks van DUO ontvangt. DUO verrijkt dit bestand met een aantal gecoördineerde afleidingen (variabelen) die afgesproken zijn in de werkgroep Eéncijfer Hoger Onderwijs. In deze werkgroep zijn het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, DUO, de Inspectie van het Onderwijs, de Vereniging van Universiteiten, de Vereniging Hogescholen en het CBS vertegenwoordigd. De persoonsgegevens zijn afkomstig uit het Sociaal Statistisch Bestand. De indeling van opleidingen in studierichtingen wordt door het CBS verzorgd aan de hand van de International Standard Classification of Education (ISCED). Steekproefomvang Niet van toepassing. Controle- en correctiemethoden DUO controleert de gegevens die zij van haar berichtgevers ontvangt op volledigheid en consistentie en brengt zo nodig in overleg met hen verbeteringen aan in het bronbestand. Bij het samenstellen van het ééncijferbestand voert DUO diverse controles uit. Deze controles zijn besproken in de werkgroep Eéncijfer Hoger Onderwijs. Voordat het ééncijferbestand hoger onderwijs formeel wordt goedgekeurd worden door alle leden van de werkgroep Eéncijfer Hoger Onderwijs afzonderlijk controles uitgevoerd op dit bestand. Weging Niet van toepassing. Wat is de kwaliteit van de uitkomsten Nauwkeurigheid De voorlopige cijfers geven doorgaans een kleine onderschatting van het aantal ingeschrevenen en gediplomeerden als gevolg van latere leveringen van gegevens aan DUO. De definitieve cijfers kunnen soms licht afwijken van cijfers die DUO zelf publiceert. Dit komt doordat DUO incidenteel verbeteringen in oudere jaren doorvoert, waar het CBS definitieve cijfers niet meer aanpast. Afwijkingen tussen CBS en DUO zijn groter voor internationale studenten. De reden hiervoor is dat DUO bij de bepaling van internationale studenten uitgaat van de meest recente nationaliteit van een student, zoals bekend bij DUO, terwijl het CBS kijkt naar de nationaliteit van de student op 1 oktober van het betreffende studiejaar. Studenten die in de loop van de tijd de Nederlandse nationaliteit krijgen, veranderen daarmee bij DUO van internationale student naar niet-internationale student voor alle jaren waarin ze ingeschreven staan. Bij het CBS vindt die wijziging pas plaats in het jaar dat de student daadwerkelijk de Nederlandse nationaliteit krijgt. Dit betekent dat de verschillen tussen het CBS en DUO wat betreft het aantal internationale studenten steeds groter wordt naarmate men verder terug gaat in de tijd. Volgtijdelijke vergelijkbaarheid Bij het volgtijdelijk vergelijken van de cijfers moet er rekening gehouden worden met een aantal zaken: (1) de invoering van het bachelor-masterstelsel, (2) de invoering van de tweejarige associate degree opleiding in het hbo in studiejaar 2006/’07 en (3) clusteringen en splitsingen van studies van jaar op jaar waardoor cijfers over studierichtingen minder goed vergelijkbaar zijn over tijd. Na invoering van het bachelor-masterstelsel in het studiejaar 2002/’03 is in het hbo aan iedereen een bachelordiploma uitgereikt, ongeacht of de gediplomeerde een opleiding ‘oude stijl’ of een bacheloropleiding met succes had afgerond. In het wo, daarentegen, zijn doctoraaldiploma’s geleidelijk vervangen door bachelor- en masterdiploma’s. Hierdoor is het aantal diploma’s in het wo niet goed vergelijkbaar in de tijd. Het aantal inschrijvingen is wel vergelijkbaar in de tijd, omdat studenten per onderwijssoort (hbo of wo) maar een keer meetellen. Beschrijving kwaliteitsstrategie Het door DUO geleverde bestand wordt na binnenkomst nogmaals door specialisten van het CBS gecontroleerd. Zo nodig worden in onderling overleg alsnog verbeteringen in het bronbestand aangebracht.

20-12-2024 | 13:12

Middelbaar beroepsonderwijs; studenten en geslaagden

Wat behelst het onderzoek Doel Informatie geven over het aantal studenten en gediplomeerden aan het mbo, onderscheiden naar leerweg, niveau en studierichting en naar geslacht, herkomstgroepering en woonregio. Doelpopulatie Studenten en gediplomeerden aan het door de overheid bekostigde middelbaar beroepsonderwijs, zoals regionale opleidingscentra (ROC’s), agrarische opleidingscentra (AOC’s) of vakscholen. Statistische eenheid Personen Aanvang onderzoek De eerste cijfers betreffen studiejaar 2005/’06. Frequentie Jaarlijks Publicatiestrategie In het eerste kwartaal van het kalenderjaar worden voorlopige cijfers van het nieuwe studiejaar toegevoegd aan de bestaande StatLine-tabellen. In het tweede kwartaal van het kalenderjaar worden de voorlopige cijfers van het voorgaande studiejaar vervangen door definitieve cijfers. Hoe wordt het uitgevoerd Soort onderzoek Registerinformatie op persoonsniveau. Waarnemingsmethode Het aantal studenten wordt geteld op één peilmoment aan het begin van een studiejaar, namelijk 1 oktober. De gediplomeerden worden geteld over de periode van een studiejaar. De cijfers zijn gebaseerd op het Register Onderwijsdeelnemers (ROD). ROD bevat informatie op persoonsniveau over studenten en gediplomeerden in het bekostigde onderwijs. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) verzamelt de gegevens van de verschillende instellingen en beheert het register. Vervolgens bewerkt DUO deze gegevens tot ééncijferbestanden volgens met het CBS en andere gebruikers vastgestelde afleidingen. In de ééncijferbestanden is onder andere van elke student de hoofdinschrijving en van elke geslaagde het hoofddiploma voor het studiejaar aangegeven. Het CBS gebruikt de ééncijferbestanden om het aantal studenten en gediplomeerden te bepalen. Omdat in ROD ook het burger servicenummer (BSN) van de studenten en gediplomeerden is opgenomen, kan het CBS deze koppelen met andere registers op persoonsniveau, zoals de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). In de tabellen is dan ook informatie opgenomen uit de GBA over geslacht, leeftijd, herkomstgroepering en woonregio van de studenten en gediplomeerden aan het mbo. Berichtgevers Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Steekproefomvang Niet van toepassing. Controle- en correctiemethoden DUO controleert de gegevens die zij van haar berichtgevers (instellingen) ontvangt op volledigheid en inconsistenties en brengt zo nodig in overleg met hen verbeteringen aan in de bestanden. De aan het CBS geleverde bestanden worden na binnenkomst nogmaals door een specialist van het CBS gecontroleerd. Zo nodig worden in overleg met DUO alsnog verbeteringen in de bestanden aangebracht. Weging Niet van toepassing. Wat is de kwaliteit van de uitkomsten Nauwkeurigheid De definitieve cijfers geven een goed beeld van het werkelijke aantal studenten en gediplomeerden aan de door de overheid bekostigde mbo-instellingen. Volgtijdelijke vergelijkbaarheid De verschillen tussen de voorlopige ten opzichten van de definitieve cijfers zijn over het algemeen klein. Vergelijkbaarheid tussen de verschillende studiejaren wordt actief in stand gehouden; waar nodig worden cijfers teruggelegd bij nieuwe indelingen. Beschrijving kwaliteitsstrategie Zie controle- en correctiemethoden.

20-12-2024 | 13:12

Voortgezet onderwijs; leerlingen, examenkandidaten en gediplomeerden

Wat behelst het onderzoek Doel Informatie geven over het aantal leerlingen, examenkandidaten en gediplomeerden in het voortgezet onderwijs (vo), onderscheiden naar onderwijssoort, herkomstgroepering en geslacht. Aanvullend heeft elke tabel zijn eigen specificatie: gedetailleerde onderwijssoorten, leeftijd, gedetailleerde herkomstgroepering en generatie of woon- en schoolregio. Doelpopulatie Leerlingen en examenkandidaten in het voltijd voortgezet onderwijs dat door de overheid wordt bekostigd. Statistische eenheid Personen. Aanvang onderzoek De eerste cijfers betreffen schooljaar 2003/’04 (leerlingen) en 2005/’06 (examenkandidaten en gediplomeerden). Frequentie Jaarlijks. Publicatiestrategie Eén keer per jaar wordt de tabel vernieuwd. De voorlopige cijfers van een nieuw schooljaar worden toegevoegd. Tegelijkertijd worden de voorlopige cijfers van het voorafgaande schooljaar vervangen door definitieve cijfers. Hoe wordt het uitgevoerd Soort onderzoek Voor de leerlingen is vanaf het schooljaar 2003/'04 voor het voortgezet onderwijs dat wordt bekostigd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) gebruik gemaakt van registerinformatie op persoonsniveau (met uitzondering van het praktijkonderwijs). Vanaf schooljaar 2005/’06 zijn tevens de leerlingen die worden bekostigd door het Ministerie van Economische Zaken (EZ) opgenomen in de registers op persoonsniveau (dit zijn de vmbo-afdelingen van de Agrarische Opleidingscentra). Vanaf het schooljaar 2007/’08 geldt dit ook voor leerlingen in het praktijkonderwijs. Waarnemingsmethode De cijfers zijn gebaseerd op het basisregister onderwijsnummer (BRON). BRON bevat informatie op persoonsniveau over leerlingen en examenresultaten in het bekostigde onderwijs. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) verzamelt de gegevens van de verschillende instellingen en beheert het register. Vervolgens bewerkt DUO deze gegevens tot ééncijferbestanden volgens met het CBS en andere gebruikers vastgestelde afleidingen. Het CBS gebruikt deze ééncijferbestanden om het aantal leerlingen en geslaagden te bepalen. Omdat in BRON ook het burgerservicenummer (BSN) van de deelnemers en geslaagden is opgenomen, kan het CBS deze koppelen met andere registers op persoonsniveau, zoals de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). In de tabellen is dan ook informatie opgenomen uit de GBA over geslacht, leeftijd, herkomstgroepering en woonregio van de leerlingen en geslaagden in het vo. Berichtgevers Tot en met 2005/’06: DUO en het toenmalige Ministerie van LNV. Vanaf 2006/’07: DUO (BRON- en ééncijferbestanden). Steekproefomvang Niet van toepassing. Controle- en correctiemethoden DUO controleert de gegevens die zij van haar berichtgevers (instellingen) ontvangt op volledigheid en inconsistenties en brengt zonodig in overleg met hen verbeteringen aan in de bestanden. De aan het CBS geleverde bestanden worden na binnenkomst nogmaals door een specialist van het CBS gecontroleerd. Zonodig worden in overleg met DUO alsnog verbeteringen in de bestanden aangebracht. Weging Niet van toepassing. Wat is de kwaliteit van de uitkomsten Nauwkeurigheid De voorlopige cijfers wijken doorgaans minder dan 2 procent af van de definitieve cijfers. De definitieve cijfers geven een juist beeld van de werkelijkheid. Volgtijdelijke vergelijkbaarheid De cijfers over leerlingen, examenkandidaten en gediplomeerden zijn vergelijkbaar in de tijd. Beschrijving kwaliteitsstrategie Zie controle- en correctiemethoden.

20-12-2024 | 13:12

Primair onderwijs

Wat behelst het onderzoek Doel De statistieken over het primair onderwijs geven informatie over het aantal leerlingen in het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en op speciale scholen, naar enkele kenmerken van de doelpopulatie. Het speciaal basisonderwijs is bestemd voor kinderen die meer hulp nodig hebben bij de opvoeding en het leren, dan het basisonderwijs kan bieden. De speciale scholen geven basis- en voortgezet onderwijs aan zeer moeilijk lerende of opvoedbare kinderen, lichamelijk of zintuiglijk gehandicapte kinderen en langdurig zieke kinderen. Doelpopulatie Alle leerlingen in het door de overheid bekostigde basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en op speciale scholen. Statistische eenheid Leerlingen, cumi-leerlingen en achterstandsleerlingen. Cumi-leerlingen behoren tot een culturele minderheid (tot schooljaar 2010/'11 beschikbaar). Achterstandsleerlingen zijn leerlingen die volgens het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) tot een achterstandscategorie behoren en voor wie de scholen extra financiële middelen kunnen krijgen. Aanvang onderzoek In StatLine wordt vanaf schooljaar 2011/12 voor alle drie de vormen van primair onderwijs een tijdreeks gepubliceerd met gegevens over herkomst, achterstandsleerlingen, clusters en woonregio. Daarnaast wordt vanaf schooljaar 2000/01 voor alle drie de vormen van primair onderwijs een tijdreeks gepubliceerd met gegevens over leeftijd en schoolregio. In StatLine werd vanaf het schooljaar 1991/’92 tot en met schooljaar 2013/14 voor alle drie de vormen van primair onderwijs een tijdreeks gepubliceerd met gegeven over cumi-leerlingen, achterstandsleerlingen, leeftijd, en handicapsoort. Deze tabellen zijn stopgezet. Frequentie Jaarlijks. Publicatiestrategie Zodra over een nieuw schooljaar voorlopige of definitieve cijfers beschikbaar zijn, worden deze toegevoegd aan de bestaande StatLine-tabellen. Hoe wordt het uitgevoerd Soort onderzoek Voor de leerlingen wordt vanaf het schooljaar 2010/'11 voor het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en onderwijs op de speciale scholen, dat wordt bekostigd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), gebruik gemaakt van registerinformatie op persoonsniveau. Tot 2010/11 werd gebruik gemaakt van een geaggregeerde telling op schoolniveau van het aantal leerlingen in het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en op de speciale scholen bij de door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) bekostigde instellingen voor primair onderwijs. Waarnemingsmethode De cijfers zijn gebaseerd op het basisregister onderwijsnummer (BRON). BRON bevat informatie op persoonsniveau over leerlingen en examenresultaten in het bekostigde onderwijs. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) verzamelt de gegevens van de verschillende instellingen en beheert het register. Vervolgens bewerkt DUO deze gegevens tot ééncijferbestanden volgens met het CBS en andere gebruikers vastgestelde afleidingen. Het CBS gebruikt deze ééncijferbestanden om het aantal leerlingen te bepalen. Omdat in BRON ook het Burgerservicenummer (BSN) van de deelnemers en geslaagden is opgenomen, kan het CBS deze koppelen met andere registers op persoonsniveau, zoals de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) en vanaf 2014 de Basisregistratie Personen (BRP). In de tabellen is dan ook informatie opgenomen uit de GBA en BRP over geslacht, leeftijd, herkomstgroepering en woonregio van de leerlingen. Berichtgevers Het CBS ontvangt bestanden van DUO met de door haar verzamelde gegevens over het primair onderwijs. Steekproefomvang Niet van toepassing. Controle- en correctiemethoden DUO controleert de gegevens die zij van haar berichtgevers (instellingen) ontvangt op volledigheid en inconsistenties en brengt zo nodig in overleg met hen verbeteringen aan in de bestanden. De aan het CBS geleverde bestanden worden na binnenkomst nogmaals door een specialist van het CBS gecontroleerd. Zo nodig worden in overleg met DUO alsnog verbeteringen in de bestanden aangebracht. Weging Niet van toepassing. Wat is de kwaliteit van de uitkomsten Nauwkeurigheid De voorlopige cijfers wijken doorgaans minder dan 2 procent af van de definitieve cijfers. De definitieve cijfers geven een juist beeld van de werkelijkheid. Volgtijdelijke vergelijkbaarheid De cijfers over leerlingen zijn goed vergelijkbaar in de tijd. In schooljaar 2014/15 is het passend onderwijs ingevoerd. Vanaf dat jaar worden leerlingen op speciale scholen uitsluitend naar cluster in plaats van naar cluster en handicapsoort weergegeven. Met ingang van schooljaar 2010/'11 worden cumi-leerlingen niet meer apart geregistreerd voor de bekostiging en zijn dan ook niet meer beschikbaar. Vanaf het schooljaar 2006/'07 is stapsgewijs een nieuwe gewichtenregeling ingevoerd. Het criterium om een basisschool al of niet extra middelen toe te wijzen is sindsdien het opleidingsniveau van de ouder(s). Hiermee vervielen de 'oude' criteria van etniciteit en beroep. Beschrijving kwaliteitsstrategie Zie controle- en correctiemethoden.

20-12-2024 | 13:12

Peilstationsonderzoek

Wat behelst het onderzoek Doel Het Peilstationsonderzoek is een landelijk onderzoek naar roken, vapen, drinken, drugsgebruik, digitale mediagebruik en mentale gezondheid onder scholieren van 10 tot en met 18 jaar. Doelpopulatie Het onderzoek richt zich op leerlingen uit groep 7 en 8 van het regulier basisonderwijs en alle leerjaren en schoolniveaus (vmbo-b/k, vmbo-g/t, havo en/of vwo) van het regulier voortgezet onderwijs in heel Nederland. Statistische eenheid Personen. Aanvang onderzoek Het onderzoek is voor het eerst uitgevoerd in 1984 Frequentie Elke vier jaar. Publicatiestrategie De cijfers zijn definitief. Hoe wordt het uitgevoerd Soort onderzoek Steekproefonderzoek. Waarneemmethode Het onderzoek wordt uitgevoerd door het Trimbos-instituut. Voor meer informatie over de uitvoering van het onderzoek in 2023, zie uitvoering onderzoek op de website van het Trimbos-instituut. In 2023 vond het Peilstationsonderzoek gelijktijdig plaats met de Gezondheidsmonitor Jeugd (GM Jeugd), dat werd uitgevoerd in leerjaar 2 en 4 van het voortgezet onderwijs. In deze leerjaren hebben de GGD en het Trimbos-instituut samengewerkt bij de afname van de vragenlijsten, zie veranderingen in de dataverzameling op de website van het Trimbos-instituut voor meer informatie. Sinds 2017 zijn het Peilstationsonderzoek en het HBSC-onderzoek zo goed mogelijk op elkaar afgestemd wat betreft de manier van steekproeftrekking, de vragen over middelengebruik en de analyses. Daarmee zijn de resultaten onderling goed vergelijkbaar. Steekproefomvang De steekproefomvang verschilt per meting. Meer informatie Website van de gegevensbron: https://cijfers.trimbos.nl/scholierenmonitor Bron: PEIL/Leefstijlmonitor, Trimbos-instituut i.s.m. RIVM

26-09-2024 | 15:09