Sinds 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het bieden van hulp aan jongeren die een beroep doen op jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering. Behalve in jeugdzorg hebben er ook in het passend onderwijs beleidswijzigingen plaatsgevonden. Afstemming tussen beide beleidsterreinen wordt door deskundigen van groot belang geacht om kinderen optimaal te kunnen bieden wat ze nodig hebben.
Lees publicatieVan de 91 duizend vmbo’ers die in schooljaar 2010/’11 een diploma behaalden, volgde vijf jaar later een op de vijf een hbo-opleiding. Jongeren die van de gemengde of theoretische leerweg van het vmbo naar de havo zijn gegaan, gaan ruim twee keer zo vaak naar het hbo als de jongeren die van vmbo-g/t naar het mbo zijn gegaan. Ook leerlingen die uit een gezin komen met een hoog inkomen stromen vaker door naar het hbo dan leerlingen uit een huishouden met weinig inkomen. Dat meldt CBS op basis van het Jaarrapport 2016 Landelijke Jeugdmonitor.
Lees publicatieDit Jaarrapport 2016 van de Landelijke Jeugdmonitor geeft een inkijk in de staat van de jeugd en beschrijft, aan de hand van indicatoren en thema’s, hoe het gaat met de bijna 5 miljoen jongeren in Nederland. Waar mogelijk wordt ook de situatie van jongeren in Caribisch Nederland besproken.
Lees publicatieIn de rapportages Jeugdhulp en Jeugdbescherming en -reclassering presenteert CBS de voorlopige cijfers over jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering in het eerste halfjaar van 2016.
Lees publicatieRuim 287 duizend jongeren hebben in de eerste zes maanden van 2016 jeugdhulp gehad. Dit is 6,5 procent van de jongeren tot 23 jaar, evenveel als in dezelfde periode van 2015. Bijna een kwart van de doorverwijzingen naar jeugdhulp werd gedaan door de gemeente, meldt CBS.
Lees publicatieIn Friesland verliet 3,4 procent van de mbo’ers zonder startkwalificatie het onderwijs. In Noord- en Zuid-Holland was deze uitval meer dan 6 procent. Jongens met een niet-westerse achtergrond stoppen het vaakst met hun opleiding zonder dat ze een startkwalificatie hebben, meldt CBS.
Lees publicatieDe gemiddelde leeftijd waarop jongeren het ouderlijk huis verlaten en zelfstandig gaan wonen is tussen 2006 en 2016 gestegen van 23,6 jaar naar 24,6 jaar. Dat meldt CBS.
Lees publicatieSteeds meer kinderen wonen niet bij hun vader. In 2015 gold dat voor 18 procent van de kinderen tot zestien jaar, in 1996 voor 13 procent. Er zijn maar weinig kinderen die met alleen hun vader wonen. Dat meldt CBS.
Lees publicatieJonge hoogopgeleiden zijn minder vaak technisch geschoold dan tien jaar geleden. Onder deze technici zijn vier keer zoveel mannen als vrouwen. Bijna 30 procent van de vrouwen en bijna de helft van de mannen met een hogere technische opleiding gaat aan de slag in een technisch beroep. Dit meldt CBS.
Lees publicatieAls ze later een gezin met jonge kinderen hebben, wil 3 procent van de meisjes en 34 procent van de jongens fulltime werken. Meer dan de helft van de jongeren vindt dat beide partners evenveel tijd moeten besteden aan het huishouden en de zorg voor kinderen. Dat blijkt uit een CBS-enquête onder 12- tot 25-jarigen.
Lees publicatie