Jongvolwassene negatiever over eigen gezondheid
82 procent van de jongvolwassenen van 18 tot 25 jaar gaf in 2023 aan dat hun gezondheid goed of zeer goed is. In 2020 was dit nog 91 procent. Zij beoordeelden hun gezondheid de laatste jaren minder vaak als zeer goed en gaven juist vaker het oordeel: ‘gaat wel’. Sinds 2021 zijn er meer jongeren met psychische klachten. Dat meldt het CBS in de Landelijke Jeugdmonitor op basis van cijfers uit de Gezondheidsenquête.
In 2022 en 2023 gaf 23 procent van de 18- tot 25-jarigen aan hun gezondheid als zeer goed te ervaren. Dat is lager dan voor de coronacrisis, toen dit rond de 30 procent schommelde. Zowel mannen als vrouwen beoordeelden hun gezondheid minder vaak als zeer goed. Vergeleken met eerdere jaren gaven mannen vaker aan hun gezondheid als goed te ervaren, terwijl vrouwen vaker aangaven dat het wel ging.
Ruime meerderheid 12- tot 18-jarigen ervoer gezondheid als (zeer) goed
12- tot 18-jarigen zijn positiever over hun gezondheid dan jongvolwassenen. In 2023 gaf 39 procent van hen aan dat de eigen gezondheid over het algemeen zeer goed is. Ruim de helft (53 procent) beoordeelde hun gezondheid als goed. Sinds 2018 is dit vrijwel gelijk gebleven.
Vaker psychische klachten onder jongeren
Zowel bij 12- tot 18-jarigen als 18- tot 25-jarigen zijn er meer jongeren en jongvolwassenen met psychische klachten dan voor de coronacrisis. Vooral in 2021 steeg het aandeel jongeren met psychische klachten, waarna het niet meer daalde naar het niveau van de jaren daarvoor. Van de 18- tot 25-jarigen kampte in 2023 24 procent van de vrouwen en 14 procent van de mannen met psychische klachten. Bij de 12- tot 18-jarigen had 13 procent van de meiden en 7 procent van de jongens deze klachten.