Jongeren vaakst verwezen naar Halt om vermogensmisdrijf
Bijna 16 duizend jongeren werden in 2016 naar Halt verwezen in verband met een overtreding of misdrijf. Dat is 1,3 procent van alle jongeren. Het vaakst ging het om een vermogensmisdrijf of overtreding van de leerplichtwet. Dit meldt het CBS.
Het aantal jongeren in de leeftijd van 12 tot 18 jaar dat in aanraking komt met Halt (Het Alternatief) is gedaald van 17,5 duizend in 2012 naar 15,6 duizend in 2016. De Halt-straf is een maatregel die ervoor zorgt dat jongeren na het plegen van lichte criminaliteit niet direct met justitie in aanmerking komen, maar wel geconfronteerd worden met de gevolgen van hun daden. Jongens komen vaker in aanraking met Halt dan meisjes: bijna drie jongens voor elk meisje.
Jongeren kunnen voor zowel lichte misdrijven als overtredingen worden doorverwezen naar Halt. In 2016 werd 57 procent doorverwezen voor een overtreding en 43 procent voor een misdrijf. Relatief veel jongeren (27 procent) werden naar Halt gestuurd vanwege een vermogensmisdrijf, zoals het verwisselen van prijskaartjes, (winkel)diefstal en (poging tot) verduistering (met een maximale schade van 150 euro). Zowel jongens als meisjes kwamen het vaakst bij Halt terecht voor een vermogensmisdrijf.
Meisjes vaak Halt-straf voor schoolverzuim
Ook een overtreding van de leerplichtwet was vaak reden voor doorverwijzing. In totaal kregen 2 830 jongeren (18 procent) een Halt-straf voor schoolverzuim. Onder meisjes was dit na het vermogensmisdrijf de meest voorkomende reden voor doorverwijzing naar Halt; bij jongens was dat baldadigheid, zoals het schoppen tegen een prullenbak of sneeuwballen gooien tegen rijdende auto’s. Ook werden jongeren vaak doorverwezen vanwege een overtreding in de categorie ‘overig’, waaronder bijvoorbeeld openbaar dronkenschap en het overtreden van de Wet personenvervoer vallen.
Jongeren met Antilliaanse achtergrond vaakst bij Halt
Jongeren met een Antilliaanse migratieachtergrond kwamen met 3,1 procent naar verhouding het vaakst bij Halt. Dit aandeel is sinds 2010 gestegen, terwijl het onder alle andere groepen, met of zonder migratieachtergrond, daalde. Deze daling was het sterkst onder jongeren met een Marokkaanse achtergrond.