Arbeidsparticipatie jongeren in tweede helft 2020 deels hersteld
De stijging van de arbeidsparticipatie van jongeren, die in 2016 was ingezet, kwam aan het begin van de coronacrisis abrupt tot stilstand. In het tweede kwartaal van 2020 daalde de arbeidsdeelname onder jongeren van 65,9 naar 60,3 procent en was daarmee even hoog als in het eerste kwartaal van 2016. In het derde en vierde kwartaal steeg de arbeidsdeelname weer, naar 62,7 procent. Dat meldt het CBS in de Jeugdmonitor.
De nettoarbeidsparticipatie daalde in het tweede kwartaal van vorig jaar sterker onder 15- tot 25-jarigen dan onder 25-plussers. Het aantal werkenden nam af met 173 duizend. Jongeren vormden daarbinnen de grootste groep: van die 173 duizend waren er 117 duizend 15 tot 25 jaar.
In het derde en vierde kwartaal steeg de arbeidsparticipatie onder jongeren weer. Ondanks dat herstel lag de arbeidsparticipatie in het vierde kwartaal van 2020 (62,7 procent) nog niet op het niveau van een jaar eerder (65,6 procent). De arbeidsparticipatie daalde bij 45- tot 75-jarigen licht in die periode en bleef gelijk bij 25- tot 45-jarigen.
Sterkste afname onder jonge mannen die geen onderwijs volgen
De arbeidsparticipatie nam tussen het vierde kwartaal van 2019 en het vierde kwartaal van 2020 het meest af onder jonge mannen die geen formeel onderwijs volgden (van 80,3 procent naar 76,1 procent). Het verschil in arbeidsparticipatie tussen niet-onderwijsvolgende jonge mannen en vrouwen nam daarmee iets toe. Bij mannen die een opleiding volgden, daalde de arbeidsparticipatie van 58,9 procent naar 55,8 procent. Bij vrouwen was de daling iets minder sterk.
60 duizend minder jongeren met flexibel dienstverband
In het tweede kwartaal van 2020, tijdens de eerste maanden van de coronacrisis, daalde het aantal werknemers met een flexibel dienstverband relatief sterk. Na het tweede kwartaal nam het aantal flexwerknemers niet verder af. In het vierde kwartaal van 2020 hadden 822 duizend jongeren een flexibel dienstverband, 60 duizend minder dan in hetzelfde kwartaal van 2019. Het aantal jongeren met een vast dienstverband nam met 3 duizend af tot 433 duizend.
Het aantal werkloze jongeren is toegenomen. Zo waren er in het vierde kwartaal van 2020 36 duizend meer jongeren werkloos dan in hetzelfde kwartaal van het jaar ervoor. Zij hadden geen werk, maar zochten wel en waren ook op korte termijn beschikbaar voor nieuw werk. Daarnaast groeide de groep jongeren die niet zocht of beschikbaar was voor de arbeidsmarkt (+29 duizend). Er waren meer jongeren die niet beschikbaar waren omdat zij een opleiding volgden (+12 duizend). Ook nam het aantal jongeren die geen werk zochten, omdat zij daar niets van verwachtten, toe met 13 duizend.
Grootste daling aantal werkende jongeren in horeca
Het afgelopen jaar daalde het aantal werkende jongeren het sterkst onder de kelners en barpersoneel. Ook het aantal keukenhulpen nam af. In de kleinere beroepsgroep van de koks nam het aantal werkenden met 8 duizend sterk af. Het aantal vakkenvullers nam in een jaar tijd met 16 duizend toe.
In de Jeugdmonitor Arbeid wordt voor jongeren de leeftijd 15 tot 27 jaar gehanteerd. In de meeste CBS-publicaties over arbeid en ook op StatLine wordt echter de leeftijd 15 tot 25 jaar gebruikt om jongeren af te bakenen. Daarom is ook hier voor de leeftijdsafbakening 15 tot 25 jaar gekozen. Voor een uitsplitsing naar geslacht en leeftijd zijn seizoengecorrigeerde cijfers beschikbaar. Voor verdere uitsplitsingen in dit artikel, zoals beroep of het volgen van onderwijs, niet.